Laten we maar met de basis beginnen. Een eenvoudige staande houding, namelijk Tadasana: de berghouding.
Tadasana is een rustpuntje voor of tussen de yogahoudingen. Zet je lichaam weer recht, kom weer even tot jezelf. Deze oefening is de basis voor elke andere staande houding.
- Zorg voor een solide basis: Zet je voeten goed op de grond, op heupbreedte*. Verdeel goed het gewicht over beide voeten.
- Maak je rug recht, zorg voor 1 lijn van je hielen tot je kruin; Kantel je bekken een stukje zodat je rug recht is en niet hol.
- Ontspan je schouders, draai ze naar achteren. Verbeeld een koord aan je borst die de borst omhoog trekt; kin stukje intrekken en kruin omhoog, mond ontspannen en blijf focussen op de rechte lijn.
- Trek tegelijkertijd de dijbeen spieren aan, niet je knieën overstrekken!
- Blijf de voeten op de 3 punten op de grond gedrukt houden.
- Haal diep adem, naar je buik.
* Veel mensen staan met de voeten te ver uit elkaar als om ‘heupbreedte’ wordt gevraagd. Om de juiste breedte te vinden hou je 2 vuisten tegen elkaar. Buig naar beneden en plaats deze 2 vuisten tussen je voeten. Als je voeten de buitenkanten van je vuisten raken sta je precies goed op heupbreedte.